Je lichaam in actie practicum voor de onderbouw     Je gaat onderzoek doen naar de snelheid van de hartslag als je lichaam in rust is en nadat je lichaam in actie is geweest. Er zijn verschillende onderzoeken mogelijk. Hieronder vind je enkele ideeën. Bepaal zelf, eventueel in overleg met je biologie- en/of je gymdocent,welk onderzoek je wilt gaan uitvoeren. Inhoud Informatie Ideeën voor onderzoek Meten van de hartslag (techniek) Het onderzoek stap 1 - voorbereiding stap 2 - uitvoering stap 3 - verwerking van de resultaten stap 4 - verslag Internet - Bioplek bouw van het hart en bloedsomloop   Informatie Om je organen te laten werken heb je voedsel en zuurstof nodig. Ook je spieren hebben dit nodig om goed te kunnen werken. Als je inademt, stroomt er lucht je longen in. De longen halen de zuurstof uit de lucht. Het bloed zorg ervoor dat de zuurstof bij alle cellen van je lichaam komt. Het voedsel levert de energie die je nodig hebt. De voedsel-deeltjes komen in je darmen in het bloed terecht. Het bloed zorgt er dus voor dat zuurstof en voedseldeeltjes naar alle delen van je lichaam getransporteerd worden. Het bloed stroomt niet vanzelf. Het hart werkt als een pomp en zorgt ervoor dat het bloed rond stroomt. Klik op de afbeelding voor meer informatie over hart en bloedsomloop   terug naar inhoud Ideeën voor onderzoek Bepalen van het verschil tussen de hartslag in rust en na een bepaalde activiteit. Bepalen van het verloop van de hartslagfrequentie na een bepaalde activiteit Hoelang duurt het voordat de rustwaarde weer bereikt is. Bepalen van het verband tussen de mate van inspanning en de hartslagfrequentie. Bepalen van de hartslagfrequentie tijdens een activiteit. Hiervoor heb je een hartslagfrequentiemeter nodig. terug naar inhoud    Meten van de hartslag Om het onderzoek goed uit te kunnen voeren, moet je eerst enige handigheid krijgen in het meten van de hartslag. Lees daarom eerst zorgvuldig de onderstaande aanwijzingen en oefen een paar keer Methode 1 Leg je wijsvinger en middelvinger aan de onderkant van de pols van de proefpersoon, aan de kant van de duim. Druk een klein beetje tot je de polsslag voelt. Iedere keer als je de polsslag voelt, heeft het hart ook één keer geslagen. Door de polsslag te meten weet je dus ook hoe snel de hartslag is. Tel het aantal polsslagen per 15 seconden. Noteer deze waarde en bereken het aantal hartslagen (=hartslagfrequentie) per minuut. Rond af tot op hele getallen. Methode 2 - bepalen van de 10-slagentijd Zoek je polsslag op (zie methode 1). Druk de stopwatch in op een slag.Tel dan 10 slagen en druk op de 10e de stopwatch weer in. Lees de stopwatch af. Noteer deze waarde en bereken de hartslagfrequentie per minuut. Rond af tot op hele getallen.                 10 hf/min = ---------------------------- x 60           10 slagentijd (sec) hf = hartslagfrequentie terug naar inhoud    Het onderzoek stap 1 - voorbereiding Bestudeer de theorie. Zie Informatie Bedenk wat je wilt onderzoeken, wat je te weten wilt komen. Noteer dit bij "Doel van het onderzoek". Let op dat je dit goed formuleert. Bedenk een titel voor dit onderzoek. Maak een hypothese. Bedenk hoe jij het onderzoek precies wilt gaan uitvoeren en maak een planning voor de verschillende werkzaamheden. Oefen in het meten van de hartslag. Zie Methodes.   terug naar inhoud   Het onderzoek stap 2 - uitvoering Voer de proef uit. Zorg voor nauwkeurige metingen. Noteer alle metingen en zet deze in een overzichtelijke tabel . Noteer ook nauwkeurig welke activiteit je doet. Je moet dit later heel precies bij de werkwijze opschrijven.  terug naar inhoud    Het onderzoek stap 3 - verwerking van de resultaten Bereken van de hartslag en de ademhaling onder de verschillende omstandigheden de hartslagfrequentie per minuut. Zet ook de berekende getallen in een tabel en maak van deze gegevens een grafiek. Let op een juiste verdeling van de assen en benoem de assen (eenheid en grootheid). Aanwijzingen voor het maken van grafieken kun je krijgen door hieronder te klikken. Staafdiagram Lijngrafiek terug naar inhoud   Het onderzoek stap 4 - maken van het verslag In het verslag moeten de volgende onderdelen komen: Doel van het onderzoek Hypothese Werkwijze materiaal methode Schrijf heel nauwkeurig op hoe je het onderzoek gedaan hebt. Alles moet erin staan, dus : hoe heb je hartslag gemeten en per hoeveel seconden, hoe vaak is gemeten, nauwkeurige beschrijving van de activiteit (wat, hoelang), enzovoort. Resultaten Nabespreking Kijk naar je resultaten en schrijf op wat je nu te weten gekomen ben (=conclusie). Geef aan op welke resultaten je de conclusie baseert. Wees kritisch, redeneer niet teveel naar je eigen hypothese toe. Vermeld of de uiteindelijke conclusie in overeenstemming is met de hypothese. Probeer een verklaring te vinden voor wat je gevonden hebt. Maak daarbij gebruik van de theorie. Misschien is niet alles even goed gegaan. Als dat zo was, vermeld dan welke problemen er waren. Meer aanwijzingen over het maken van een verslag kun je krijgen door hieronder te klikken. Inhoud verslag Verzorging verslag  terug naar inhoud   ©scholte/marree