[home]
[inhoud
site][Inhoud
bovenbouw][practicum][links]
practicum zintuigen
onderbouw Informatie Smaak en
reuk hebben van alles met elkaar te maken. Je kunt
bepaalde stoffen beter proeven als je ze ook kunt ruiken.
De meeste
stoffen kun je niet met je tong proeven, je "proeft" ze
alleen als je ze ruikt. Als je zo'n stof op je tong doet
terwijl je de neus dichtknijpt, proef je
de stof veel minder goed. De geur kan dan alleen nog via de open verbinding tussen de mondholte en de neusholte bij het neusslijmvlies komen. Ruiken
doe je met het neusslijmvlies in je neus. Daar zitten
zintuigcellen die op verschillende geuren
reageren. Proeven
doe je met je tong. In de tong zitten smaakknopjes. Die
bevatten zintuigcellen doe gevoelig zijn voor bepaalde
smaken. Met je tong kun je alleen waarnemen of iets zoet,
zout, zuur of bitter is. Andere "smaken" neem je waar met
de neus. De
smaakknopjes in je tong zitten in smaakvelden bij elkaar.
Ieder smaakveld ie gevoelig voor een andere
smaak. Onderzoek . . . . . .
zintuigen blad 10
Als je bijvoorbeeld vanillesuiker "proeft", dan lost de
vanillesuiker in je mond op. De geur komt dan in je neus
terecht en je ruikt hem dan.
Smaak en geurDeze
proef moet je met twee personen
uitvoeren.
Bijvoorbeeld:
vanillesuiker, sinaasappel(sap), zuurtje,
dropje, nootmuskaat e.d..
Laat de proefpersoon zeggen wat hij of
zij proeft.
Wat wordt er nu
geproefd?
Verklaar deze met behulp van de theorie.
©scholte/marree 2000