- Haal
met een kurkboor 10 schijfjes uit een zeer
vers spinazieblad. (een ander blad mag ook,
maar sommige bladeren zijn te dik of te vet
voor deze methode)..
- Doe
de schijfjes in een stevige reageerbuis of erlenmeyer met
een bufferoplossing met pH 6.8.
- Voeg
2 druppels verzadigde NaHCO3 oplossing toe.
Hierdoor komt er extra CO2 in het
water.
- Omwikkel
de reageerbuis of erlenmeyer met een doek om het gevaar van
rondvliegende scherven te voorkomen en zuig
vacuüm met de waterstraalpomp.
Door
het vacuüm worden de gassen uit de
intercellulaire holtes in de stukjes blad via
de huidmondjes weggezogen en vervangen door
water. Daardoor worden de blaadjes zwaarder dan water.
- Verbreek
het vacuüm. De stukjes blad zinken nu
naar de bodem.
Tik tegen het glas als er blaadjes blijven hangen. Zinken de blaadjes niet, dan moet je langer vacuüm zuigen.
- Maak
een proefopstelling als bij afbeelding C.
Giet de blaadjes in een petrischaal.
- Gebruik
een fotosyntheselamp en bepaal de tijd die
nodig is om 5 van de 10 blaadje te laten
drijven. Door
de fotosynthese wordt zuurstof gevormd. Dat komt in de
intercellulaire holtes terecht. De zuurstof lost slecht op in water en verdringt
het water uit de holtes. De blaadjes worden lichter en gaan
drijven.
|