[home]
[inhoud site][Inhoud bovenbouw][practicum][links]

Grafiek 2

Techniek onderbouw 1.5

Grafieken

Maken van een grafiek

Aandachtspunten

  • Zet op de horizontale as (X-as) de oorzaak (dat wat je zelf gevarieerd hebt) en op de verticale as (Y-as) het gevolg (dat wat je gemeten hebt).
    • Kies op beide assen, afhankelijk van de gegevens, een geschikte schaalverdeling.
      • Bij een staafdiagraam hoeft alleen de Y-as ingedeeld te worden.
  • Bij beide assen moet staan wat gemeten is (welke grootheid) en in welke eenheid het gemeten is (eenheid).
    In het voorbeeld zijn de temperatuur en het aantal belletjes koolstofdioxide de grootheden. De minuten en de graden Celsius de eenheden.
  • Teken de gegevens als duidelijke punten in het assenstelsel.
  • Teken de grafiek zo nauwkeurig mogelijk.
    • Als de meetpunten niet op één lijn liggen, teken je de meest logische lijn tussen de punten door.
      Bij biologie mag je voor het tekenen van de grafiek geen liniaal gebruiken.
  • Zet een titel boven of onder de grafiek.
    • Wanneer er meerdere grafieken in het verslag staan, geef de grafieken dan ook een nummer.

streep groen

Lijngrafiek (lijndiagram)

Voorbeeld van een lijngafiek

    Grafiek 1: Invloed van de temperatuur op gistcellen

lijngrafiek 1

Door de meetpunten moet een vloeiende lijn getrokken worden.
Vaak liggen de meetpunten niet zo mooi op een lijn als bij het vorige voorbeeld. Dat komt door onnauwkeurigheden in de metingen.

Hieronder is zo'n situatie weergegeven. De grafiek is nog niet af. De lijn tussen de meting bij 10 °C en 40 °C moet nog getrokken worden.
De meetpunten bij 20 °C en 30 °C liggen niet op een lijn.
In dat geval verbind je niet de punten, maar trek je de meest logische lijn tussen de twee meetpunten in.

Grafiek 2: Invloed van de temperatuur op gistcellen 2

lijngrafiek 2

streep groen

Staafdiagram

Grafiek 3: invloed van activiteit op de hartslag

staafdiagram 1

 

staafdiagram 2

 


© scholte/marree 2000