Praktische
opdracht
Gaswisseling, bloed en
bloedsomloop
onderbouw
vwo
Warmteverlies
bij warmbloedige dieren
Wie
koelt het snelst af?
Vogels en
zoogdieren zijn warmbloedige dieren. Een betere term is homoitherme dieren, wat wil zeggen dat de
temperatuur onveranderlijk is. Ze regelen hun eigen
lichaamstemperatuur. Alle andere dieren hebben een
lichaamstemperatuur die zich aanpast aan de
omgeving.
Bron(nen)
Onderzoek
methode
- Bereken het oppervlak en
de inhoud van de verschillende kubussen die je gaat
gebruiken
- Bereken voor elke kubus
de verhouding tussen het oppervlak en de inhoud
(opp/inh).
- Geef aan welke kubus het grootste oppervlak heeft t.o.v.
de inhoud.Vul de kubussen met heet
water.
- Meet direct vanaf het
vullen de temperatuur. Meet dan om de minuut.
Ga door met meten totdat de temperatuur vrijwel niet meer
verandert.
- Zet de gegevens in een overzichtelijke tabel.
- Bereken nu met hoeveel oC de temperatuur per minuut daalde (dat is de
warmteafgifte per minuut).
- Maak van de warmteafgifte per minuut een lijngrafiek. Zie Techniekkaart onderbouw 1.5
- Trek een
conclusie.
Poster
- Titel waarmee meteen
duidelijk wordt wat je onderzocht hebt.
- Uitleg theorie
Leg uit dat grotere dieren een kleiner oppervlak
hebben t.o.v. hun inhoud dan grotere
Resultaten +
conclusie
- Geef aan welke
diergroepen warmbloedig zijn.
- Leg uit waardoor
kleine warmbloedige dieren sneller afkoelen dan grote
warmbloedige dieren.
- Leg uit wat dat
betekent voor de verbranding in de cellen en voor de
hoeveelheid voedsel die ze moeten eten,.
- Wat je verder nog
kwijt wilt.
- het aantal rode
bloedcellen per ml bloed;
- de frequentie van de
hartslaf;
- de hoeveelheid voedsel
die een dier per kg lichaamsgewicht per dag nodig
heeft.
|