Opdrachten
- Je krijgt
een "mannelijke" of een "vrouwelijke" kaart met een nummer .
Het is niet belangrijk dat het geslacht niet overstemt
met je eigen sekse.
Zoek je partner, dat wil zeggen iemand die een kaart
heeft met hetzelfde nummer maar het andere geslacht (op
de kaart). Voor de rest van de opdracht zijn jullie "man
en vrouw".
Elke kaart bevat
informatie over een min of meer ernstige erfelijke
aandoening.
Verzamel informatie over
de desbetreffende erfelijke aandoening.
Een goede startsite daarvoor is erfelijkheid.nl.
- Zoek informatie over
de ziekte, symptomen, behandeling, enz..
- Zoek informatie over
de manier waarop de ziekte overerft (autosomaal, geslachtsgekoppeld, dominant,
recessief).
- Beredeneer
(kruisingsschema) hoe groot de kans is dat jullie
kinderen de ziekte zullen krijgen.
- Ga na of er
mogelijkheden er zijn om de ziekte al in de bevruchte
eicel aan te tonen of bij prenataal onderzoek.
Besteed maximaal 1 lesuur aan het zoeken op internet.
Verdeel de taken.
- Ga met wat je weet over de ziekte na welke
mogelijkheden er voor jullie open liggen
bijvoorbeeld:
kinderen krijgen op de normale wijze, adopteren,
embryoselectie, donorsperma, abortus e.d..
Beslissing
1
Bespreek alle mogelijkheden en rangschik ze volgens
voorkeur (de eerste vooraan).
- Bestudeer de theorie
over vruchtwateronderzoek en vlokkentest.
Wat kan met deze onderzoeken aangetoond worden?
Wat de vorige beslissing ook was, stel je voor dat de
vrouwelijke partner zojuist te weten gekomen is dat ze
zwanger is en ga er vanuit dat een mogelijke aandoening
van het embryo/de foetus met zo'n test aangetoond kan
worden.
Beslissing
2
Zouden jullie zo'n prenatale diagnose laten
uitvoeren?
Geef een argument waarom je het wel zou en een argument
waarom je het niet zou doen (van beide minimaal
één).
- Er werd een prenatale
diagnose uitgevoerd en het resultaat is positief: het
kind zal de ziekte hebben.
Beslissing
3
Bespreek de verschillende mogelijkheden die nu voor
jullie openstaan, wat jullie zouden kunnen doen.
Noteer die mogelijkheden.
Kies één van die mogelijkheden en
beargumenteer je keuze.
- Veronderstel dat de
zwangerschap niet wordt onderbroken (zelfs al hadden
jullie daartoe besloten in het voorafgaande).
Beslissing
4
Onderzoek welke behandelingen nu reeds mogelijk zijn voor
de door jullie onderzochte aandoening en welke
behandelingen misschien in de nabije toekomst mogelijk
worden bijv. medicatie, celtherapie of gentherapie, orgaantransplantatie, enz.
Rangschik ze volgens eigen voorkeur.
- Jullie hebben veel
informatie over de erfelijke aandoening in je "gezin"
verzameld. Zet nu al het voorgaande op een rijtje en
probeer een antwoord te vinden op de volgende vraag.
Jullie moeten het wel eens zijn over de beslissing.
Beslissing
5
Willen we echt kinderen?
Geef een argument waarom je daar in dit geval wel en een
argument waarom je er niet voor zou kiezen (van beide
minimaal één).
- Er komt steeds meer informatie over het al dan
niet erfelijk zijn van bepaalde aandoeningen zoals
kanker, hartziekten e.d., ziekten die zich niet meteen vanaf de geboorte manifesteren maar pas later in het leven.
Beslissing
6
Zou de besluiten die jullie genomen hebben anders zijn als
het niet direct ernstige levensbedreigende ziekten betrof,
maar bijvoorbeeld een grotere kans op kanker of op hart- en
vaatziekten?
Waarom wel - waarom niet?
- Stel dat je een grote kans hebt dat je een erfelijke aandoening geërfd hebt die pas op latere leeftijd effecten heeft, zoals bijvoorbeeld de ziekte van Huntington of borstkanker.
Beslissing 7
Zou je een test laten doen om te weten te komen of je de ziekte hebt?
Wanneer wel en wanneer niet? Noem argumenten voor en argumenten tegen.
Geschikte
informatie
erfelijkheid.nl
Theorie erfelijkheidsleer
|