[home][inhoud][inhoud bovenbouw][inhoud practicum][links][copyright] 

 

Voeding
Techniek 7.11.2

Aantonen van conserveermiddel in dranken

Testen alcoholische dranken (bier)

 

Informatie

Micro-organismen kunnen ons voedsel bederven. Om dat te voorkomen, kunnen aan de voedingsmiddelen conserveringsmiddelen toegevoegd worden die de micro-organismen uitschakelen of in ieder geval hun groei afremmen.

Op verpakkingen van voedingsmiddelen staat aangegeven of en welke stoffen toegevoegd zijn (E-nummers). Als op het etiket niet vermeld is dat een conserveringsmiddel gebruikt is, mag er ook echt niets in het product zitten.
De hier beschreven methoden kunnen gebruikt worden om te controleren of er antimicrobe stoffen (stoffen die micro-organismen uitschakelen of remmen) in dranken voorkomen.
Ze berusten op het feit dat de toegevoegde stoffen de werking van het testorganisme nadelig beïnvloedt.
Voor het testen worden gistcellen gebruikt. Als deze in hun werking geremd worden, gaat men ervan uit dat er antimicrobe stoffen aanwezig zijn.
De hoeveelheid CO2 die per tijdseenheid wordt gevormd, is een maat voor de activiteit van de gistcellen.

Meten van de gisting

Belangrijk

  • Gebruik voor de test gistingsbuisjes.
  • Voer, ter vergroting van de betrouwbaarheid, alle testen in duplo uit.Gebruik als referentie 10 mL van een gistsuspensie in de verhouding:
    water : suiker: gist = 10 : 1 : 1
  • Test de drank en de controle tegelijkertijd uit.

gistingsbuisjes

 

Testen van alcoholische dranken (bier)

Zie voor het testen van niet-alcoholische dranken: Techniekkaart 7.11.1

Werkwijze

materiaal

verse bakkersgist (bewaard bij een temperatuur van maximaal 4oC)
de te testen vloeistof (bier)
glucose
water
alcohol (ethanol)
gistingsbuisjes
maatcilinder van 10 mL of geijkte reageerbuis (10 mL)
weegschaal
bier

methode

  • De drank voorbewerken
    • Verwijder het koolzuur uit de drank door te zwenken.
    • Verdun dranken met een alcoholgehalte boven de 5% met gedestilleerd water tot de genoemde concentratie is bereikt.
    • Voeg zoveel glucose toe tot de concentratie van suiker 10% is.
  • Referentie
    • Maak een oplossing met 10% glucose in 5% alcohol.
  • Neem 10 mL van de testvloeistof en 10 mL van de glucose-oplossing met alcohol en voeg aan beide 1g gist toe. Meng goed.
  • Vul de gistingsbuisjes met de vloeistoffen.
    Gebruik daarbij een maatcilinder van 10 mL of de geijkte reageerbuizen die bij de gistingsbuisjes horen.
  • Zet de gistingsbuisjes in een waterbad met een temperatuur tussen de 25oC en 30oC.
  • Meet regelmatig de hoeveelheid CO2 die in de buisjes ontstaat.
  • Herhaal de proef.

Bron: Mossel, Prof. dr. D.A.A & Tamminga, Ir. S.K. (1980). Methoden voor het mikrobiologisch onderzoek van levensmiddelen. Zeist: P.C.Noordervliet

©scholte/marree2009