Inleiding
Op bomen, muren
enz.komt een groenige aanslag voor (niet te
verwarren met korstmossen, die meestal een
andere kleur hebben). De aanslag is een
eencellig plantje, een alg. Deze alg staat in
boeken nog vaak met de geslachtsnaam
Pleurococcus, maar heet tegenwoordig
Apatococcus lobatus
De aanslag is niet overal op de bomen te vinden.
Meestal zit de Pleurococcus vooral aan
één kant. Dat heeft te maken met
abiotische factoren en het
microklimaat.
Pleurococcus op de rand van
een bloempot
Tussen straatklinkers
Op de schors van
een linde
Met dit onderzoek kun je uitzoeken hoe de
Pleurococcus precies verspreid is op bomen in
een bepaald gebied en welke abiotische
factor(en) daar een rol bij zouden kunnen
spelen.
Pleurococcus heeft ongeslachtelijke voortplanting. Een cel deelt door mitose eerst in twee cellen, die daarna nogmaals delen.
De vier nakomelingen blijven nog een tijdje bij elkaar zitten.
Literatuur
Bestudeer voor
je begint in je biologieboek of in andere
bronnen wat precies bedoeld wordt met abiotische
factoren en met het microklimaat. Ga voor die
factoren na welke invloed deze zouden kunnen
hebben op de plaats die de boomalg.
Werkwijze
Materiaal
stevig touw
stevige kaartjes (bijvoorbeeld archiefkaartjes)
om de windrichtingen op te noteren
kompas
kwadrant van 10x10 cm (bijvoorbeeld van op sheet
gekopieerd grafiekpapier)
lichtmeter
materiaal om de waarnemingen te
noteren
Methode
Je moet minimaal
15 bomen bekijken.
De bomen mogen niet te jong (en dus te dun
zijn).
Noteer om welke soort bomen het gaat en meet de
omvang van de stam op 1 meter hoogte.
Doe het onderzoek bij één soort.